OVinDelft schreef:Dat lijkt me niet echt goed, hebben ze de stroom er niet eerst afgehaald?
Blijkbaar niet, dus tegen alle voorschriften, je moet alle omliggende bovenleiding-schakelaars met gele band bij de voedingkabel-punten trekken of uitzetten, vooral ook door de groepsschakeling of het doorgeschakelde lijnbedrijf van de betreffende Onderstations, bv. aan de Delftselaan naast de voormalige Locomotieven-loods. Dan 'nog' de GTL8-beugels trekken = neerlaten, wegens spanning voerende (geformeerde) condensatorbanken van beide Lijnfilters, wellicht idem dito ook de panto's van het RandstadRail-RegioCitadis-materieel, alvorens de bovenleiding-rijdraden met die gebruikte stok te aarden voor de veiligheid
De schakelbevoegheid is (indertijd) medio 80-er Jaren door mij geregeld volgens NEN 3140/1010 met een gewaarmerkte BA-1 t/m 5 bekwaamheid, voor werkzaamheden beschreven in artikel 5 van de Veiligheidsvoorschriften voor H.T.M-traminstallaties en -bovenleidingen. Anders handelen geeft nu inderdaad de getoonde vlam- en vonkenregen, met risico op uitval van een heel Onderstation, en zeker veel meer schade aan de rijdraden door parelvorming en mogelijke insnoering, waardoor met een onnodige en veel te langdurige verstoring van de rijdienst, ook onnodig veel hogere kosten zijn gemoeid
Voorts heb ik er al meermaals op gewezen dat het onnodig verwijderen/slopen van de 2e reservepantograaf een volslagen foute beslissing is geweest, daar men — door verwisseling van deze beugel met de (mogelijk) verbogen of beschadigde 1e (voorste) dienstbeugel — zonder hulp de dienst had kunnen voortzetten, en eventueel (anders : in hoge nood) bij voorkeur als alternatief, met een uitkijk in/op de voorste cabine, deze (gestoorde of defecte ?) GTL8-tram met het koppelstuk door de achterganger opgeduwd had kunnen worden, en beide geheel volgens de (eveneens door ondergetekende en hoofdinstructiechef: Fieman) in 1980 ontworpen en uitgevaardige dienstinstructie (het Instructieboek) voor het GTL8-materieel. Nu was er teveel dienstverstoring door onnodig oponthoud, wat men tegenwoordig met de melk-kaas-term '"stremming"' betitelt —— evenals de Rail-Lijnen: 1 - 2 - 3 - 4 - enz. nu ten onrechte als Tram worden aangeduid, misser van een absurde vergissing, daar elke Tram (geen voertuig als een Sulky) een eigen ruituig- of wagennummer heeft, zoals de (oude) HTM-tweeramer dus echt Tram(wagen) 2 genoemd moet worden en zeker níet die tramLijn over de Loosduinseweg, want dat = Lijn 2 vanaf de indienststelling, die vroeger over de Mient reed —— en dienstverstoring mede door het onpraktische wegslepen (moet zelfs eerst de botsneus eraf) met een autootje van Unimog
en dat terwijl de GTL8-rijtuigen (niet als voertuigen) ontworpen zijn om te allen tijde, bij welke opgetreden storing dan ook, zelfstandig = op eigen kracht weg te kunnen (en dus moeten kunnen) rijden, bv. naar een eindpunt of Remise waar ze thuis horen te overnachten. Enfin
D.André Borgdorff - e.i.- HTM